‘Bij 30 kilometer is er na een aanrijding redelijke kans op overleven’
De maand juni staat in Drenthe in het teken van een snelheidscampagne. Het doel is om het aantal verkeersslachtoffers terug te brengen.
De campagne is een initiatief van provincie Drenthe, politie en Veilig Verkeer Nederland (VVN), in samenwerking met de Drentse gemeenten. Er wordt vaak te hard gereden en dat leidt tot gevaarlijke situaties, met name in woonwijken waar ook veel kinderen spelen. ‘Veel mensen hebben moeite met een maximum snelheid van 30 kilometer in dorpen,’ vertelt Anouck Veenstra Senior Projectleider Regio Noord. Dat zie je bijvoorbeeld op de vernieuwde Hoofdweg in Eelde-Paterswolde waar de snelheid verlaagd is naar 30. ‘Het is ook een lastige snelheid. Onbewust rijd je harder. Ik heb zelf sinds kort cruise-control. Dan is het gemakkelijker. Dertig kilometer is niet zomaar gekozen. Wanneer er iemand wordt aangereden is er een redelijke kans op overleving. Op sommige wegen is 30 langzaam, maar in een woonwijk is het vaak te snel.’
De snelheidscampagne ‘meten is weten’ wordt jaarlijks gehouden. In de gemeenten worden vijftig locaties in kaart gebracht waar te snel gereden wordt. Het is een ludieke actie. Veenstra legt het uit. ‘Twee mensen van VVN staan op de betreffende locatie. De ene persoon meet de snelheid met een lasergun, de ander houdt een bord omhoog, waarop aan de ene kant staat ‘Te hard’ en op de andere kant ‘goed gedaan’ staat geschreven. Vaak gaat het om buurtbewoners, die de weg goed kennen. Het is natuurlijk een momentopname. De actie is bedoeld om mensen bewust te maken.’ Een torenhoge boete, zou dat niet effectiever zijn? Veenstra: ‘de boetes zijn op zich redelijk hoog. Het grootste probleem is de handhaving. De politie heeft te weinig mankracht om te controleren.’
Erik Ebbinge, RTV Tynaarlo
